‘Hoe langer ik over dat woord nadenk, hoe irritanter ik het vind. Het zou misschien wel meer rust en diepgang geven, maar ik hou helemaal niet van balans’ zei ze, ‘dat klinkt zo saai!’
En een andere vrouw:
‘Hoe dan balans? Als in de hectiek van de omstandigheden de één na de andere golf over je heen lijkt te spoelen? Balans lukt gewoon niet, ondanks goede voornemens, zo frustrerend.’
Herkenning linksom en rechtsom.
De haat-liefdeverhouding met het leven in balans.
Ernaar verlangen en het wegduwen, of iets dat onbereikbaar lijkt.
Lange tijd
dacht ik bij balans aan een soort rechte lijn van A naar B, nogal statisch.
Laat ik nou juist van afwisseling houden, niet alles zo voorspelbaar.
Een beetje chaos op z’n tijd is leuk.
Niet te eentonig, wat kleurigheid graag.
Tegelijk heb ik behoefte aan veiligheid, begrenzing, een soort evenwicht in mijn dagen en bezigheden.
Neem daarbij nog dat wat onverwacht en ongepland op je pad komt, waar je wel iets mee hebt te doen.
Met die rechte lijn kwam ik er nooit.
Balans? Laat maar.
Totdat
ik een paar jaar geleden over de Window of Tolerance hoorde,
het venster van stresstolerantie.
Balans
is geen rechte lijn. Balans is een dynamisch proces.
Het is de heen en weer beweging tussen actie en rust, inspanning en ontspanning.
De berg beklimmen én tijd en aandacht nemen voor het afdalen,
voor het terugschakelen, het kalmeren.
Die beide binnen de grenzen van je veerkracht.
Veerkracht
gaat over je vermogen, je energievoorraad op dit moment,
waardoor je na inspanning (cognitief, emotioneel, fysiek) kunt terugveren en herstellen.
Balans
is bewegen, afstemmen wat past. Balanceren binnen jouw grenzen.
En, een sprongetje erbuiten af en toe.
Hoofd, hart en lichaam in verbinding.
‘Misschien
is verbinding wel een beter woord dan balans’, zei ze.